Pastel, Foto’s van de les en diverse voorbeelden van de pasteltechniek

Donderdagavond, 4 december 2014

“Pastel”

Foto’s van de les:

Soft pastel (pastelkrijt)

Pastel is een mooi en expressief medium. Hoewel het een “droog” techniek is, we kunnen met pastel zowel tekenen als schilderen. Pastelkrijt is relatief makkelijk om te gebruiken, de kleuren zijn dekkend, mengen heel goed met elkaar en de tekeningen verkleuren niet. (meer informatie hier)

Voorbeelden van pasteltechniek:

Volgende les: 18 december gaan wij een stilleven met veel doorzichtige voorwerpen tekenen of schilderen. Techniek is vrij.

26 september 2013

Pastel is een mooi en expressief medium. Hoewel het een “droog” techniek is, we kunnen met pastel zowel tekenen als schilderen. Pastelkrijt is relatief makkelijk om te gebruiken, de kleuren zijn dekkend, mengen heel goed met elkaar en de tekeningen verkleuren niet.

Materiaal gebruikt tijdens de les:

  1. Pastelkrijt (soft pastel)
  2. Pastelpapier, aquarel papier of een ander soort stevig papier met structuur
  3. Houtskool of eventueel potlood
  4. Doezelaar, wattenpad of katoen doekje
  5. Zachte gum of kneedgum

1-IMAG1159-001

Soorten pastelkrijt

Zachte pastelkrijtjes of ‘soft pastels’ zijn ronde staafjes – zeer zacht en brokkelig en kunnen zeer gemakkelijk uitgewreven worden. Harde pastelkrijtjes zijn vierkante staafjes. Deze krijtjes bevatten meer bindmiddel zodat ze harder zijn dan de zachte pastels. Ook bestaat er pastelpotlood.

1-IMAG1156

Papier
De papierkeuze is zeer belangrijk bij een pasteltekening. Wij kunnen standaard tekenpapier gebruiken maar ook aquarelpapier, bruin pakpapier, karton of speciaal pastelpapier. De structuur van het papier is belangrijk. Glad papier met weinig structuur geeft een zachter effect. Papier met veel structuur kan mooie, krachtige effecten geven.
Het belangrijke voordeel van papier met structuur is dat wij met dikkere lagen pastel kunnen werken, omdat het pigmentpoeder beter in de groeven van het papier blijft steken.
We kunnen ook gekleurd papier gebruiken.

1-IMAG1162

1-IMAG1163

Maak eerst een schets met houtskool, pastelkrijt of potlood. Werk met dunne, zachte lijntjes en wees voorzichtig met gummen (gummen kan de structuur van het papier beschadigen).
Pastelkrijt is zeer kwetsbaar, geeft af en vervaagt heel snel. Het beste is om te beginnen in de hoek waar je het papier niet met je hand raakt. Dus als je rechtshandig bent – begin je in de linker bovenhoek en als je linkshandig bent in de rechter bovenhoek. Pastelkrijt dekt goed, maar als je met verschillende kleuren over elkaar heen gaat zal je zien dat de kleuren minder dekkend worden.
Gebruik de zijkant van het pastelkrijt om grote vlakken in te kleuren. Scherpe lijnen en details doe je met de punt van het krijt.
We kunnen de kleuren van soft-pastel op allerlei manieren mengen. Voor de grootte vlakken kunnen we bij voorbeeld onze eigen vingers gebruiken (omdat vingers meestal een beetje vettig zijn, pigment plakt aan en wordt beter verspreid)
We kunnen ook doezelaars gebruiken.
Om een pasteltekening te beschermen is het raadzaam een speciale fixatief te gebruiken. Bij pastelkrijt kan een fixatief helaas de kleuren veranderen en/of donkerder maken. Tekeningen kunnen worden gefixeerd wanneer ze helemaal klaar zijn maar er kan ook tussen de verschillende kleurlagen gefixeerd worden. Je moet er dan wel zeker van zijn dat de onderliggende lagen goed zijn, want je kunt ze niet meer zo makkelijk weg gummen zonder het papier te beschadigen.
Ook als je fixatief gebruikt blijft je tekening erg gevoelig voor licht en nattigheid.

1-IMAG1167

Volgende week gaan we een stilleven met houtskool op groot formaat tekenen. We gaan hierbij ook (kneed)gum en de vingers als tekeningshulpmiddel gebruiken.

Materialen:

  1. Houtskool
  2. Papier (het liefst A2 formaat)
  3. Gum of kneedgum
  4. Eventueel doezelaars, zacht katoen doekje, stukje watten etc

1-IMAG1165

 

24 september 2013

Soft pastel (pastelkrijt)

Pastel is een mooi en expressief medium. Hoewel het een “droog” techniek is, we kunnen met pastel zowel tekenen als schilderen. Pastelkrijt is relatief makkelijk om te gebruiken, de kleuren zijn dekkend, mengen heel goed met elkaar en de tekeningen verkleuren niet.

Materiaal gebruikt tijdens de les:

  1. Pastelkrijt (soft pastel)
  2. Pastelpapier, aquarel papier of een ander soort stevig papier met structuur
  3. Houtskool of eventueel potlood
  4. Doezelaar, wattenpad of katoen doekje
  5. Zachte gum of kneedgum

Soorten pastelkrijt

Zachte pastelkrijtjes of ‘soft pastels’ zijn ronde staafjes – zeer zacht en brokkelig en kunnen zeer gemakkelijk uitgewreven worden. Harde pastelkrijtjes zijn vierkante staafjes. Deze krijtjes bevatten meer bindmiddel zodat ze harder zijn dan de zachte pastels. Ook bestaat er pastelpotlood.

Papier
De papierkeuze is zeer belangrijk bij een pasteltekening. Wij kunnen standaard tekenpapier gebruiken maar ook aquarelpapier, bruin pakpapier, karton of speciaal pastelpapier. De structuur van het papier is belangrijk. Glad papier met weinig structuur geeft een zachter effect. Papier met veel structuur kan mooie, krachtige effecten geven.
Het belangrijke voordeel van papier met structuur is dat wij met dikkere lagen pastel kunnen werken, omdat het pigmentpoeder beter in de groeven van het papier blijft steken.
We kunnen ook gekleurd papier gebruiken.

Maak eerst een schets met houtskool, pastelkrijt of potlood. Werk met dunne, zachte lijntjes en wees voorzichtig met gummen (gummen kan de structuur van het papier beschadigen).
Pastelkrijt is zeer kwetsbaar, geeft af en vervaagt heel snel. Het beste is om te beginnen in de hoek waar je het papier niet met je hand raakt. Dus als je rechtshandig bent – begin je in de linker bovenhoek en als je linkshandig bent in de rechter bovenhoek. Pastelkrijt dekt goed, maar als je met verschillende kleuren over elkaar heen gaat zal je zien dat de kleuren minder dekkend worden.
Gebruik de zijkant van het pastelkrijt om grote vlakken in te kleuren. Scherpe lijnen en details doe je met de punt van het krijt.
We kunnen de kleuren van soft-pastel op allerlei manieren mengen. Voor de grootte vlakken kunnen we bij voorbeeld onze eigen vingers gebruiken (omdat vingers meestal een beetje vettig zijn, pigment plakt aan en wordt beter verspreid)
We kunnen ook doezelaars gebruiken.
Om een pasteltekening te beschermen is het raadzaam een speciale fixatief te gebruiken. Bij pastelkrijt kan een fixatief helaas de kleuren veranderen en/of donkerder maken. Tekeningen kunnen worden gefixeerd wanneer ze helemaal klaar zijn maar er kan ook tussen de verschillende kleurlagen gefixeerd worden. Je moet er dan wel zeker van zijn dat de onderliggende lagen goed zijn, want je kunt ze niet meer zo makkelijk weg gummen zonder het papier te beschadigen.
Ook als je fixatief gebruikt blijft je tekening erg gevoelig voor licht en nattigheid.

Volgende week gaan we een stilleven met houtskool op groot formaat tekenen. We gaan hierbij ook (kneed)gum en de vingers als tekeningshulpmiddel gebruiken.

Materialen:

  1. Houtskool
  2. Papier (het liefst A2 formaat)
  3. Gum of kneedgum
  4. Eventueel doezelaars, zacht katoen doekje, stukje watten etc